schrijfcoaching

Rudy Hartung: over koenir en mbah Paisah

koenir

Koenir of koenjit (Curcuma domestica). Wat is dat koenir? In het boek over Indische planten, vruchten, enz van mevrouw J. Kloppenburg-Versteegh, staat er over koenir het volgende. “Deze plant komt over geheel Java wildgroeiend voor, vooral in djati-bosschen en is een van de meest bekende temoe soorten, dat zijn planten die om de wortel gezocht zijn. De Javaan noemt haar koenir of temoe koening. In de Maleische streken zegt men koenjit. Men kan deze plant gemakkelijk zelf op het erf kweken. Het beste gelukt dit in lossen grond. Als de aarde goed wordt omgespit krijgt men overvloedig knollen. Deze knollen worden gestampt of geraspt en leveren zo de kerrie, die dient om spijzen te kruiden en geel te kleuren. Men kiest daarvoor bij voorkeur de kleine zijknollen, terwijl de hoofd- of moederknol als medicijn wordt aangewend, vooral wanneer deze overjarig is.“

Aromatisch

Verder schrijft mevrouw Kloppenburg-Versteegh: “Deze hoofdknol of empoe, zoals de Javaan zegt, moet op de doorsnee oranjekleurig zijn en bevat veel olie. De knol moet versch worden gebruikt, want gedroogd heeft het althans als ontsmettingsmiddel weinig waarde meer. Op Sumatra eet men de bladeren, die zeer aromatisch zijn, als groente.”

Mbah Paisah

Dit verhaal over koenir gaat ook over mbah Paisah. Zij is een wat oudere vrouw (76 jaar) die vlak bij ons in een andere desa woont. Mbah Paisah is voor ons de “leverancier” van koenir- sap. Elke week komt zij ons 3 flessen koenir-sap brengen. Een zelf gemaakte, geconcenteerde koenir- sap. Dus niet zo dun zoals door vele andere djamu verkoopsters wordt verkocht. Al vroeg in de ochtend raspt zij op de paroet een paar van deze koenir wortels. De geraspte koenir wordt met wat water vermengd. En dan kneedt zij met haar vingers al die heel kleine stukjes koenir in het water. Het wordt een geconcentreerde koenir-sap. Daarna wordt het gekookt. En na afkoelen is het klaar om in een paar flessen te gieten. Mbah Paisah houdt daarna een gele hand over. “Maar na een paar dagen of zo, is het weer weg ” zegt mbah Paisah.

Voor ons huis ligt de desa van mbah Paisah, verscholen in de bossen.

k ga nu naar haar desa. Want er is iets met mbah Paisah gebeurd. Ik neem jullie mee om met haar kennis te maken. De desa waar zij woont is in de bossen gelegen, tegenover ons huis. Wij gaan door een dal vol met sawah’s. Het is de kortste weg voor die desa. Mbah Paisah loopt ook altijd door dit dal naar ons toe, met de 3 flessen koenirsap. Par en Hanif, gaan met mij mee. Wij lopen de helling af naar beneden. Het is een heel smal pad. En dan gaat het verder over al die smalle dijkjes langs de sawah’s. Met grote kans op uitglijden. Ik doe het voorzichtig aan. Maar toch gebeurde het, dat ik uitgleed. Op zo’n glad stukje smalle dijk. En ik mijn evenwicht verloor. En op drassige gras kwam te vallen. Ik blijf nog even zitten om bij te komen. En dan verder.

De sloot

Wij komen bij een sloot aan. Het is niet zo’n heel brede sloot. Het vormt de grens van de desa met de sawah’s. Wij moeten over een smalle bamboebrug. Zo voorzichtig als mogelijk loop ik over die bamboebrug. Ik wil niet in die sloot vallen. Want dat is mbah Paisah pas overkomen. Dat zij van deze brug in die sloot is gevallen. Met drie flessen koenir sap, die zij naar ons wou brengen. Zij heeft toen voor zo’n paar minuten in het water gelegen. Met haar gezicht in het water. Het is geen diepe sloot. Met regentijd is het zo’n 20 cm diep. Toen zij wakker werd is zij uit de sloot gekropen. En is naar huis terug gegaan. Zij was natuurlijk drijfnat. Zij heeft gauw gebaad, van kleren gewisseld.

Een tijdje later, toen haar dochter thuis kwam heeft mbah Paisah haar dochter wat uitgelegd. Wat haar was overkomen en dat zij in die sloot was gevallen. Haar dochter was natuurlijk geschrokken. En mbah Paisah moest thuisblijven. Haar dochter heeft toen de flessen koenir sap bij ons gebracht. En ons uitgelegd wat mbah Paisah was overkomen. Daarom dat ik mbah Paisah nu ga bezoeken. Via een pad omhoog en door wat bos, komen wij in de desa van mbah Paisah. Een groepje kinderen is aan het spelen. Ik vertel dat wij mbah Paisah willen bezoeken. En of zij ons er naar toe willen brengen. “Ya om” zegt het oudste meisje. En de kinderen brengen ons naar mbah Paisah. Je hoort ze wat kletsen. Over mij. Waarom ik naar mbah Paisah moet. Wij komen bij het huis van mbah Paisah. Zij staat ons al op te wachten. Voor haar huis samen met een buurvrouw.

Mbah Paisah rechts op de foto met een buurvrouw.
Wij gaan naar binnen en mbah Paisah gaat naar de keuken om wat lekkers te halen.
Het groepje kinderen blijft in de buurt. Zij gaan gezellig zitten. Bij de deur van de huiskamer.
Zij luisteren mee. Maken natuurlijk wat grapjes onder elkaar. Ik vroeg of zij ons straks ook weer konden begeleiden. Niet meer door de sawah’s. Maar langs de kali en zo naar de gewone weg.

Mbah Paisah vertelt. Het was een beetje glad op die brug. En dat zij daarom was uit gegleden. En dat zij even in die sloot had gelegen. Met haar gezicht in het water. En toen na een poosje wakker werd. Met de tas nog in haar hand, waarin de drie flessen koenir. En de flessen waren niet gebroken. En dat zij toen heel voorzichtig uit de sloot is gekropen. Zij was nog wat duizelig. En toen naar huis terug gegaan. Er was toen niemand thuis. Eerst wou zij maar niets aan haar dochter vertellen. Maar natuurlijk kwam haar dochter er wel achter. Dat er iets met haar was gebeurd. Al die natte kleren natuurlijk. Maar verder had zij niets meer overgehouden van die val in de sloot. Zo vertelt zij met een vrolijk en lachend gezicht. Wat haar was overkomen. Alsof er niets ernstigs was gebeurd. Mbah Paisah zo’n aardige en lieve Javaanse vrouw. Een kordate vrouw. Wij drinken onze thee, snoepen nog wat van lekkere koekjes uit de stopflessen, die op de tafel stonden, en namen toen afscheid van mbah Paisah.

Kinderen

Het groepje buurkinderen loopt weer voor ons uit. Al kletsend en lachend gaat het naar de rivier. Want ik wou een andere route naar huis. Weer een week later heeft mbah Paisah, zoals gewoonlijk, zelf de drie flessen koenir bij ons gebracht. En vertelt het verhaal ook aan Warni en Yati. Zij moesten allemaal wel lachen hoe mbah Paisah het vertelde. En mbah Paisah vertelt erbij dat zij voortaan niet meer op die brug mag lopen. Maar dat zij gewoon door het water, naar de overkant moet lopen. Dat is veiliger. En… het is ook voor mij een goed advies.

Een familiegeheim: de kleindochter van mevrouw Kloppenburg

Kloppenburg

“Mijn vader was een bon vivant,” zei de oude mevrouw. “En de oudste zoon. Zijn moeder zag veel door de vingers. Maar ik was anders.” Toen zweeg ze.

Ik voelde een koude wind over mijn rug waaien.
Ging dit echt over… was dit…

Het geheim

Ja. Dit was een familiegeheim.
Deze oude mevrouw was de kleindochter van de beroemde en alom beminde Indische kruidengeneeskundige mevrouw J. Kloppenburg-Versteegh. Na jaren zette ze vraagtekens bij het aura van zorgzaamheid dat om mevrouw Kloppenburg hing.
Ik kende haar uit de verhalen als een liefdevolle persoon, die altijd klaar stond voor haar medemens. Maar ik had ook al iets gehoord over een andere kant.

Dwingen

Zorgzaamheid kan iets dwingends hebben.
Van “voor je eigen bestwil” bestaan verschillende varianten, ook door en voor volwassenen.

Albert

De oude mevrouw vertelde dat mevrouw Kloppenburg graag alles bepaalde. Dat wist ik al een beetje via de geschiedenis van een andere zoon, Albert. Hij werd verliefd op een meisje en zijn moeder stak een stokje voor de verkering. Albert bleef de rest van zijn leven vrijgezel, kassian.

Al vergeten

Maar bij deze oude mevrouw ging de dwingende zorg verder. Toen ze niet de weg insloeg die haar grootmoeder voor haar aanwees, werd ze geleideijk uit de familie verwijderd. “Niet over haar praten” veranderde in anderhalve generatie in “niet meer weten dat ze er is.” En toen leek het net of de oude mevrouw nooit bestaan had.

Zo gaat dat met familiegeheimen.
Ze sluipen er geleidelijk in.
Eerste fase: Iets of iemand wordt een geheim.
Tweede fase: Over zwijgen.
Derde fase: Al vergeten.

Omgaan met familiegeheimen

Elke fase heeft een eigen gevoeligheid. Die bestaat uit de emoties van degenen die baat hebben bij het geheim en van degenen die erdoor pijn lijden. Wat er hier gebeurde? Ik informeerde een ander oud familielid en hij nam contact op met de oude mevrouw, om namens iedereen voor de geleden pijn excuus vragen. Hij had niks gedaan, maar zijn hart was groot genoeg om dit te kunnen doen.

Workshop familiegeschiedenis

Erken de emoties, daar begint het omgaan met een familiegeheim mee. Voorzichtig aan. Ik vertel er meer over in mijn workshop ‘De 3 manieren om uw familiegeschiedenis op te schrijven’. Daarna weet u wat u aanmoet met een familiegeheim. En zit zoiets niet in uw familie? Dan bent u misschien nog niet op de hoogte.

Workshop

Workshop:

zondagavond 7 maart 20.00 uur
maandagochtend 8 maart 10.00 uur
maandagavond 8 maart 20.00 uur

Update: de workshops zijn geweest, dus inschrijven gaat niet meer.

Leo Hoestlandt: over de warga negara’s

HALIN

Wikimedia Commons / Fotocollectie Anefo: De SS Almanzora met 1900 gerepatrieerden uit Indie aan boord in de haven van Amsterdam, 3 januari 1946

Leo Hoestland mailde me over zijn ervaringen in de late jaren 1940 in Indonesië. Ja, dat was een beladen tijd. En daar schrijft Leo ook over. Hij zegt het precies zoals hij het heeft ervaren. Here goes. Het gaat over HALIN, over warga negara en zijn gevoel.

 

Souvereiniteitsoverdracht

Het moet tijdens één van de laatste dagen van het jaar 1949 geweest zijn, dat ik na het ontwaken werd overmand door een vreemd gevoel: een onbestendig gevoel: een mengelmoes van droefheid, boosheid en onbegrip. Nadat ik me had gewassen – buiten – bij het kraantje ging ik naar de voorkamer, die vanwege de huizennood, werd benut als slaapkamer van mijn ouders, eetkamer en deels visitiekamer.
De radio stond aan want zo direct zouden de nieuwsberichten komen.
Tot mijn grote verbazing (ook wat boosheid) klonk niet het ‘Wilhelmus’ maar het ‘Indonesia Raya’. De omroeper lichtte toe, dat de Ronde Tafel Confrentie (R.T.C.) op 27 december 1949 was afgesloten met algehele souvereiniteitsoverdracht door H.M. koningin Juliana aan de Volks Republiek Indonesië.

Vanwege het tijdsverschil kwam dat bericht op een later tijdstip in de Indonesische media. Haastig werd er een triomphtour voor president Soekarno door de stad Jakarta in een open-limousine georganiseerd. Het hele gebeuren heb ik met eigen ogen kunnen aanschouwen, want die tour ging voor een deel langs de brede Gunung-Sari, waar ik niet ver vandaan woonde.

Ja hoor!! Daar stond hij in een grote Amerikaanse open-slee zijn juichend volk toe te zwaaien, op weg naar het Paleis van de Gouverneur voor de overdrachtsplechtigheden!
Nooit eerder heb ik zo’n grote mensenmassa gezien.
“Nu komt het!” dacht ik,” nog even en dan komt het gedonder in de colonne.”

Het gedonder

Dat gedonder begon met het uitdelen van plaagstootjes en dat waren er nog al wat.

  • om te beginnen stond in alle overheidsgebouwen een mededeling dat het niet  was toegestaan om Nederlands te spreken;
  • alle buitenlanders (ook INDO’s, die daar geboren en getogen waren) moesten een legitimatie, afgegeven door een wijkhoofd, bij zich hebben (Een geel papiertje)
  •  banksaldi en contante gelden waren door de sanering maar 1/3 waard, en voor 2/3 kreeg men obligaties,
  •  bioscoop kijken was ook niet meer leuk omdat het doek voor het grootste gedeelte werd bedekt door de ondertitelingen in de Bahasa Indonesia,en Nederlands,
  • verkeersovertredingen moesten direct ter plekke worden afgrekend, anders wachtte je een eindeloos durende rechtszaak
  •  ook dat was niet voldoende, want na enige tijd waren die gele papiertjes van het wijkhoofd niet meer voldoende en moesten toen vervangen worden door een soort visum van een wat hogere instantie,
  •  verder was het verplicht om een Nederlands-paspoort te tonen, als daarom werd gevraagd.

Zo werd gewone dagelijkse leven waar men aan was gewend omgeturnd tot iets vreemds, want iedere keer moest je bij jezelf nagaan, kan/magdit nog wel, of moet je eerst een vergunning vragen. Dat alles in die mate dat je er gek van kon worden.
Verder liepen allerlei vormen van belastingen/bijdragen zo hoog op, dat al snel schulden aan de diverse toko’s tot grote hoogten kwamen. Langzaam maar zeker trad de armoede in. Ook de hoge doktersrekeningen moesten worden betaald.

Paspoort aanvragen

Leo Hoestlandt

Als enige restte de gang naar de Nederlandse mmbassade om steun aan te vragen, en dus niet met open armen werden ontvangen.
Het aanvragen van een Nederlands-paspoort was – vreemd genoeg – ook een lijdensweg. Mijn vader ondervond zoveel tegenwerking en dat nota bene, dat hij op zijn oude dag Landstormsoldaat moest worden en uit dien hoofde als krijgsgevangene een aantal jaren gevangen werd gehouden, alsook op transport de scheepsramp van de Junyo Maru persoonlijk heeft meegemaakt en overleefd. Omdat zijn vader (mijn opa) een Belg was kon’volgens die ambtenaar aan ons geen Nederlands paspoort worden afgegeven.
Mijn vader vloekte en schreeuwde alle Heiligen bij elkaar en sloeg met zijn vuist op het bureau. Toevallig liep op de gang een hoge ambtenaar die her kabaal moet hebben gehoord. Hij vroeg wat er aan de hand was. Nadat hij zijn medewerker en mijn vader had aangehoord moeten wij achter hem aanlopen naar zijn bureau. Hij graaide wat in zijn bureau-laden, gaf ons allemaal ieder een formulier, met de woorden:” Goed lezen, invullen en ondertekenen en met pasfoto hier inleveren, dan hebben jullie binnen twee weken je paspoort.”
Door al die wantoestanden werd in Nederland opgericht::Stichting Hulp aan Landgenoten in Indonesië (Stichting HALIN), die met collectes en allerlei acties fondsen ging werven om die arme landgenoten te steunen. HALIN had intussen goede contacten opgebouwd met o.a. nonnen en andere kloosterlingen. 1 x per jaar vinden aldaar uitbetalingen van de steun plaats. Bekwame bestuursleden van HALIN staan borg voor een goede gang van zaken. Het aantal steuntrekkers had veel  meer kunnen zijn, maar door een maatregel van president Soekarno ( de z.g. zwarte Sinterklaas), omdat die maatregel op 5 decenber 1957 werd afgekondigd, verkozen velen om de grote onbekende stap te wagen door als spijtoptant toch maar naar het onbekende en koude Holland te gaan, ook al omdat zij in die bewuste toespraak op 5 december door Soekarno staatsgevaarlijk werden verklaard.

Debarkatie

Ik heb ze gezien met eigen ogen bij de debarkatie in Amsterdam en/of Rotterdam. Geld om koffers te kopen hadden ze kennelijk niet, dus werden hun laatste persoonlijke bezittingen in een boentelan (= een vierhoekig doek of laken) gelegd om daarna de vier hoekpunten aan elkaar te knopen.

Ik heb dat alles met eigen ogen van nabij kunnen zien, omdat ik als ambtenaar van D.M.Z. ( ja, ja, ja ik werkte voor D.M.Z.) behulpzaam moest zijn bij de debarkatie.
Dat openen en weer sluiten van die boentelans kostte onnodig veel tijd, hetgeen de rijtijden van de bussen alleen langer maakte.
Gelukkig kon ik daar een eind aanmaken door een opmerking te maken tegen een hoge douane-functionaris, met wie ik in de loop van de tijd bevriend was geraakt,”Zeg, wat denkt die knul te vinden in die hoopjes rommel? Misschien een slof Lucky Strike – sigaretten van dat beetje boord-geld gekocht in Singapore?
En met 10 minuten was het verholpen.

Deze groep Warga-Negara’s heeft het geluk gehad nog op tijd in Holland te zijn aangekomen, en in leven te zijn gebleven.
Het was in het begin een beetje moeilijk om de wennen, maar gaandeweg hebben zij allemaal hun plekje gevonden, vooral ook door gezinsherenigingen.

Het zou de Republiek Indonesia sieren als zij het zou kunnen opbrengen om alle in Nederland nog in leven zijnde INDO’S en WN-ers een afscheidreis naar hun moederland als een soort “Vredespijp”  aan te bieden! Immers, velen van ons hadden – al dan niet overleden – een zelfde tjang.


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan hier: Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

 

 

De 3 manieren om uw familiegeschiedenis te schrijven

familiegeschiedenis

“Mijn familieverhaal is ingewikkeld, hoor.” Als ik dat hoor, ga ik glimlachen van plezier. Want hoe ingewikkelder, hoe interessanter.

Ingewikkelde families

Indische families zijn kampioen ingewikkelde families. Want je hebt deze factoren:

  • het Indisch zijn, daar en hier
  • Indisch is per generatie anders: de een zegt “Ik ben 1/16 Indisch”, dan is er een oude oom die roept: “Indo, dat is In Nederland Door Omstandigheden!“ en het is alletwee waar
  • van de oudere generaties weet iedereen wie het lichtste kind thuis was en wat dat betekende
  • er circuleren feiten of suggesties: anak mas, peranakan, een kind dat een andere vader had (niet zeggen)
  • van de oudere generaties weet iedereen wie het lichtste kind thuis was en wat dat betekende
  • de oorlog verdeelde de familie, vaak ook het gezin: en die oorlog zit nog in de familie, maar dan anders, meer als een pakket geboden en verboden van dit-doen en niet-vragen, niemand zegt het, iedereen gehoorzaamt bijna vanzelf, maar van binnen zijn wel gevoelens, soms bouwen die jarenlang op en ja, wat dan
  • iedereen heeft weer een eigen stukje van de puzzel van het familieverhaal
  • iedereen heeft weer een eigen stukje van de puzzel van het familieverhaal
  • hoe ouder, hoe gevoeliger voor de familie en die gevoeligheid krijgen de jongere generaties mee, al weten ze niet altijd wat het is
  • soms is er familie in Indonesië, Nederland en Amerika
  • en dan die vragen van Hollandse mensen!

Hoe schrijf je zo’n ingewikkelde familiegeschiedenis op?

Hoe?

Als ik een euro had gekregen voor elke keer dat ik deze vraag hoorde, woonde ik nu in een huis in het oude deel van Semarang.

Maar geld is niet alles.

Gratis workshop

Begin maart geef ik een gratis workshop De 3 manieren om uw familiegeschiedenis te schrijven. Het is online, dus u hoeft nergens heen. Zoiets heet een webinar: online uitzenden. U ziet me dan voor de camera praten en uitleggen en ik heb ook een beeld-presentatie. U kunt dan ook vragen stellen.

Doet u mee?

  • Na de workshop weet u welke manier voor u het meest geschikt is.
  • Dus dan is het schrijven van een familiegeschiedenis minder werk
  • Plus, als u meedoet krijgt u van mij de dag erna een mail met daarin een hand out Hoe interview ik mijn familie? Zeven praktische tips.

familiegeschiedenis

Wat gebeurt er in de workshop:

Ik ga tips en advies geven. En ik leg uit hoe de 3 manieren terugkeren in boeken als Asta’s ogen, Daar werd wat groots verricht en mijn eigen biografie van de Indische schrijfster Lin Scholte U hoeft die boeken niet gelezen te hebben, hoor. Het zijn voorbeelden. En als u ze niet kent: leuk om te horen hoe anderen dat nou aanpakken, het schrijven van een familiegeschiedenis.

Voorbereiding voor u: nul. Ja, pen en papier bij de hand houden.
U kunt uit drie webinars kiezen, ze hebben dezelfde inhoud.

Dus, wilt u al u-weet-niet-hoe-lang de geschiedenis van uw familie opschrijven? Dit is uw kans.

Inschrijven gaat via dit formuliertje. U krijgt dan een bevestigingsmail.

Rudy Hartung: een eerbetoon, en over Oma Clara

oma Clara

Aan Indische mannen en vrouwen
Aan Indische jongens en meisjes
Aan Hollanders of andere Europeanen
Aan kinderen, van deze Hollanders en Europeanen
Aan de oma’s Tjangs
Aan de Njai’s
Aan de Indische stammoeders
Aan hen allemaal…
Die op een Kerkhof
Of ergens, op een onbekend plekje
Of ergens, op een plekje in een donker bos
Of ergens, in de diepte van de zee
Van het voormalig Nederlands Indië
Van Tempo Doeloe
Een laatste rustplaats hebben gevonden

Verhaal over het graf van mijn oma Clara (1883-1945)

Mijn bronnen over het leven van oma Clara, komen van mijn beide tantes: Tante Troel en tante Martha. De twee oudere zusters van pap. Tante Martha was weduwe. Tante Troel was ongetrouwd. Zij hebben vaak over hun vroeger leven in Semarang gesproken. En over oma Clara verteld. Vooral tante Troel kon heel geestig en leuk vertellen. Mijn oudere nicht Wanda, dochter van tante Martha, had ook haar herinneringen aan oma Clara. Wanda die ongehuwd was heeft in Nederland altijd bij/met tante Martha in huis gewoond. Moes, zo noemde Wanda haar moeder altijd. Ook haar broer Kees noemde tante Martha altijd “moes”. Het klonk altijd erg lief. Tot aan mijn vertrek naar Indonesië, heb ik met mijn familie van pap, in Amersfoort, altijd een bijzonder fijne band gehad. Hieronder een foto van tante Troel. Samen met een paar collega’s op het kantoor Prauwenveer in Semarang. En een foto van tante Troel met pap.

 

oma Clara

Oma Clara met haar ouders

oma Clara

Tante Troel met collega’s

 

oma Clara

Tante Troel met pap

 

Oma Clara is op 28 september 1883, in Semarang geboren. Oma Clara was enig kind van haar Javaanse moeder en haar Duitse vader met Urban als zijn achternaam. Dankzij verhalen, verteld door tante Martha en tante Troel, heb ik over oma Clara een bepaald beeld gevormd. Het beeld van een kordate vrouw. Die actief is geweest op humanitair gebied. Die in de Boeloe vrouwengevangenis van Semarang heeft gewerkt. Met allerlei bezigheden. Vooral afgestemd op sociale activiteiten samen met de gedetineerde vrouwen. Oma Clara was ook muzikaal. Tante Troel vertelde dat zij goed kon piano spelen. Ik heb één herinnering aan oma Clara. Een herinnering toen ik zo’n jaar of vier was. Het was tijdens de Japanse bezettingsjaren. Toen wij samen, hand in hand, van de pasar naar huis terugliepen. En dat ik met een klapper spaarpot in mijn hand naar huis terugliep. Een cadeau van oma Clara. Op de pasar gekocht.

oma clara

Oma Clara met haar ouders en haar drie kinderen. Met een bediende die achter tante Martha en tante Troel staat (Foto ca 1909)

 

Oma Clara is op Kerkhof Kobong begraven. Oma Clara was een buitenkamper. Zij overlijdt op 7 mei 1945. Oma Clara was suikerpatient. Gedurende die moeilijke jaren was er een tekort aan insuline ontstaan. Net als vele andere Indische Nederlanders uit Semarang, werd Oma Clara op het Christelijk Kerkhof Kobong begraven. Kort voor hun vertrek naar Nederland hebben tante Martha, tante Troel en ook mijn pap en mam, het graf van oma Clara voor het laatst bezocht. Het was hun allerlaatste afscheid van oma Clara. Voor mam en pap was dat afscheid met Augustus 1955.

Brieven

Plotseling aandacht voor oma Clara. Het is 1996. Ik was voor een lange vakantie naar Nederland gekomen. Pap moest in een verzorgingstehuis worden opgenomen. Er kwamen toen drie brieven van pap ter sprake. Het waren brieven van jaar 1976. Brieven die pap steeds had bewaard. Zus Carla laat mij de brieven lezen. Het gaat over de begraafplaats Kobong. Over het graf van oma Clara. Vroeger had ik nauwelijks iets over deze begraafplaats Kobong gehoord. Maar wist wel dat oma Clara op Kobong was begraven. Alleen, ik had mij erover nooit druk gemaakt. Maar door deze brieven had ik plotseling mijn volle aandacht voor oma Clara. Mijn andere oma Anna, van mam’s kant, is naar Nederland gekomen. Oma Anna ligt in Apeldoorn begraven. Op een Katholieke begraafplaats. De begraafplaats waar nu ook mijn mam en pap hun laatste rustplaats hebben gevonden.

Brieven over het graf van oma Clara. Het is 1976 toen Pap aan het Ministerie Buitenlandse Zaken een brief schreef. Hij schreef dat hij zich veel zorgen maakte over het graf van oma Clara in Semarang. Op het Kerkhof Kobong. Het was ook namens zijn beide zusters, tante Martha en tante Troel. Pap vroeg om informatie over de toestand van het Christelijk Kerkhof Kobong in Semarang. Het was naar aanleiding van een artikel in de Telegraaf over dit Kerkhof Kobong. En dat de begraafplaats Kobong zou worden ontruimd. Het Ministerie van BUZA reageert met een brief. En bevestigt dat er plannen zijn voor het overbrengen van de stoffelijke resten van deze begraafplaats Kobong. En dat nabestaanden tot maart 1977, in de gelegenheid worden gesteld, om actie te ondernemen. Verder in die brief, informatie over de procedure hoe te handelen voor nabestaanden. En over de onkosten voor nabestaanden, om de stoffelijke resten van het graf naar een nieuwe begraafplaats over te brengen.

 

De vervolgbrief

Maar kort daarop kwam een 2e vervolgbrief van Ministerie van BUZA. Met een héél ander verhaal.
Met een heel geruststellend bericht! Dat het graf van oma Clara, onder Nis Z. 196, niet zou worden ontruimd. En dat de Nis er verzorgd uitziet. En dat volgens de betrokken autoriteiten, het graf niet zal worden ontruimd. Het was informatie van de Consulair Correspondente in Semarang. Ongetwijfeld is die laatste brief een geruststelling geweest. Voor pap, tante Martha en tante Troel. Het graf van oma Clara zou niet worden ontruimd. Vandaar dat de familie geen verdere actie heeft ondernomen, om oma Clara te laten verhuizen.
Een gevoel van onrust. Het was alsof ik werd gedwongen, om die brieven te lezen. Brieven van 20 jaar geleden. Pap had de brieven steeds zorgvuldig bewaard. Tijdens het lezen overviel mij het gevoel, dat het geen toeval kon zijn. Dat deze brieven boven water zijn gekomen. Het had meteen mijn volle aandacht. Tegelijk ook een gevoel van onrust. Immers het waren brieven van zo’n 20 jaar geleden. En het graf van oma Clara zou misschien allang zijn ontruimd? Het was1996 toen ik die brieven las. Pap was een oude man van bijna 90 jaar. En inmiddels in een verpleeghuis opgenomen. Ik nam mij voor om het direct te onderzoeken, zodra ik weer terug in Indonesië zou zijn. Ik gaf mij zelf weinig kans. Ik dacht: “Kobong bestaat vast niet meer.” Ik besprak het met Carla. Zij begreep het goed en zegt “Ja, dat moet je zeker doen Ruud” De brieven gingen met mij mee. Ik woonde toen in het bergplaatsje Bandungan. Niet zo ver van Semarang.

Naar Semarang

Zou oma Clara hebben gewacht? Samen met Par ben ik naar Semarang gegaan.
Naar het Kerkhof Kobong. En toen ik daar aankwam zag ik tot mijn grote opluchting dat het open was!
Kobong bestond nog! Het was gewoon open! Open voor bezoek! Maar wel bleek dat er géén nieuwe begravingen meer plaatsvonden. Zag ook dat er nog heel veel graven waren. Maar zou het graf van oma Clara er nog zijn? Op het kantoortje van het Kerkhof heb ik wat uitgelegd. Ik liet de brieven zien.
De brief met het nis nummer van het graf van oma Clara. Meteen werden boeken uit het archief gehaald. En na wat bladeren in één van die boeken, vond men de gegevens, over het graf van oma Clara.
En toen bleek dat het graf niet was ontruimd. Wat een geweldige opluchting ! Ik was er stil van. Het was ook zo spannend. Over die onzekerheid of haar graf nog bestond. Het was mijn eerste keer dat ik het graf van oma Clara bezocht. Ik werd naar de plek gebracht. Er waren geen grafstenen te zien, alleen paaltjes met een code. Het moet een eenvoudig graf zijn geweest.

Mijn “allereerste kennismaking” met oma Clara, ik sta voor het graf van oma Clara. Ik maak met oma Clara kennis. En begon met haar wat te praten. In gedachten natuurlijk. Heb haar de groeten gedaan van pap. En dat ik héél blij was dat ik nu voor haar graf stond. Had al zoveel over haar gehoord. Van tante Martha en tante Troel. En dat ik mij eigenlijk ook heel gelukkig voelde. Omdat zij allemaal weer met elkaar zijn verenigd. Oma Clara met tante Martha en met tante Troel. Ook met nicht Wanda en neef Kees. En ja ook met mam. Zij allemaal samen, daar ergens boven… in de hemel….met z’n allen. Ik leg oma Clara ook uit dat ik pas uit Nederland was gekomen. Ik vertelde wat over pap. Hoewel hij al heel oud was, je toch goed met hem kon praten. Maar hij had last met die ziekte van Parkinson. En had hij geen controle meer over het bewegen van zijn armen. Maar naar omstandigheden ging het goed met pap. En toen legde ik oma Clara uit wat verder de bedoeling was. Dat zij moest verhuizen. Naar een nieuwe rustplaats. Ook in Semarang. En dat zij zich geen zorgen hoefde te maken, want het moet een mooie begraafplaats zijn. En oma Clara ? Zij luisterde….

Veilig plekje

Terwijl ik daar voor het graf stond, gingen mijn gedachten, in een flits, even terug naar mijn laatste afscheid van pap. Het was kort geleden. Pap was net opgenomen in een verzorgingstehuis. Maar Pap was volkomen helder van geest. Hij begreep dat het voor ons beiden, onze allerlaatste ontmoeting was.
Ik had pap omhelsd. Mijn lieve pap. Mijn laatste ontmoeting met pap. Mijn laatste afscheid van pap.
Oma Clara heeft geluisterd. En zij was het er helemaal mee eens. Om te verhuizen naar een nieuw en veilig plekje. Een veilige begraafplaats, hoog gelegen op de heuvels van Zuid Semarang.

Het blijft een heel bijzonder moment uit mijn leven. Met mijn enig kind’s herinnering van vroeger aan haar. Over die klapper spaarpot, die ik van haar kreeg. Heb altijd ook het bijzonder fijn gevoel behouden over mijn lieve pap. Dat hij die drie brieven steeds heeft bewaard. Zou oma Clara al die tijd hebben gewacht?
Voorbereidingen van de verhuizing. Ik heb het grootste respect voor alle instanties van deze begraafplaats Kobong. Over hun zorgvuldigheid en discipline voor het bewaren van al die oude archieven van dit kerkhof. Maar ik kreeg wel het advies, om niet te lang te wachten met het overplaatsen. Want alle graven moesten worden ontruimd. Er bleken nog veel graven niet te zijn ontruimd. Want men wachtte nog steeds op familie en nabestaanden. Maar het plan tot volledige ontruiming stond vast. Het was duidelijke taal. Ik heb toen meteen opdracht gegeven voor overplaatsing van oma Clara. Ik heb haar naam laten omzetten naar Clara Hartung – Urban. Dus zonder de naam Zimmerman. Het is om praktische redenen. Voor de verdere administratieve afhandeling van de verhuizing was dat beter. Want ik ben een Hartung én een kleinzoon van oma Clara. Er moest nog wat geregeld worden. Met de administratieve afhandeling voor de nieuwe begraafplaats. Verder een steen bestellen met tekst, een grafzerk bestellen die niet zo groot hoefde te zijn. En nog wat meer. Maar alles liep lekker vlot.

oma clara

Kedung Mundu

Uw land

Oma Clara ‘verhuist’ naar Kedung Mundu. Het dal van Mundu bomen. En toen, een paar maanden later, met augustus 1996, ben ik op een vroege ochtend, samen met Par naar Semarang gegaan. Voor de overplaatsing van oma Clara. Naar de nieuwe begraafplaats. Wij waren getuigen bij de opgraving van de botjes van oma Clara. Ik heb haar schedel nog even vastgehouden. Heb mijn hand op ‘haar hoofd’ geplaatst. Een herinnering, die diep in mijn hart is bewaard. Haar stoffelijke resten werden toen keurig in een kleine begraafkist gelegd. De mensen van de opgraving, vertelden mij, dat oma Clara een tamelijk grote vrouw moet zijn geweest. Zij zagen het aan de lengte van enkele botten. Het is tot verhouding met Javaanse vrouwen die wat kortere botten hebben. En toen werd ‘oma Clara’, heel officieel, in een speciale dienstauto, met sirene en zwaailicht aan, naar haar nieuwe rustplaats gebracht. Een klein graf dat ik voor 30 jaar heb gepacht. Het is tot en met 2026.
Oma Clara en haar Nieuw Land. Op de grafsteen staat : GEEF MIJ UW LAND! AMEN Met die tekst is door de steenhouwer een kleine vergissing gemaakt. Ik had als tekst opgeschreven GEEF MIJ UW HAND! Maar de steenhouwer had er een LAND van gemaakt. Want die goede man dacht echt, dat ik mij met het woord HAND had vergist. Want voor hem, was het woord LAND duidelijk. HAND vond hij maar raar. Het had geen zin om uit te leggen dat het de tekst van een gedicht betrof : “Geef mij Uw Hand en kom dicht bij mij staan.” Maar ik had er vrede mee. Het is een goed passende tekst, voor oma Clara.
Zij heeft het nieuwe LAND gevonden.

oma clara
Nawoord

Kort nadat oma Clara was verhuisd, overlijdt pap, op 22 januari 1997. En zo was ook pap, weer met oma Clara samen. Samen met mijn mam, samen met tante Martha en tante Troel en Wanda en met Kees. En met veel andere familie. In het Nieuwe Land.

Opmerking: Inmiddels zijn alle stoffelijke resten van begraafplaats Kobong naar de nieuwe Christelijke begraafplaats Kedung Mundu overgeplaatst Ze liggen op een aparte plek van deze begraafplaats.
De Christelijke Begraafplaats Kobong van Semarang bestaat niet meer.


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken.  Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

 

Attentie: wegens avondklok geen eendaagsche verbinding met Bandoeng

avondklok

Degenen met levenservaring weten: deze avondklok is voor de meeste mensen te doen. Het kan veel erger en in 1942 was het ook veel erger. Dat staat te lezen in het Soerabaijasch Handelsblad van 31 maart 1942.

Die krant ademt oorlog. En ook de hoop, dat het gewone leven kan doorgaan. Maar wij, die kunnen terugkijken, weten hoe het verder ging. Als ik het woord Nippon zie, krimpt er iets in mij ineen. En dan kan ik helemaal niet meer tegen het gemiezemuis van vandaag de dag over feestjes en willen uitgaan en “je moet toch leven.”

Staatsspoorwegen

In het Soerabaijasch Handelsblad las ik het bericht van de Staatsspoorwegen over de nieuwe dienstregeling. ‘Nog geen Eendaagsche of Nachtexpres’, schrijft de krant en ook:

  • Morgen, 1 April, wordt een belangrijk verbeterde en uitgebreide dienstregeling op de Oosterlijnen ingevoerd, waarbij verschillende snelverbindingen worden hersteld. Voor aankomst- en vertrektijden van sneltreinen wordt verwezen naar de advertentie in ons blad van heden.
  • De eerste dienstregeling dateerde van 14 Maart, dus slechts enkele dagen na de bezetting, en bestond uit slechts enkele treinen. De tweede ging reeds op 20 Maart in, en gaf eenige uitbreiding aan het aantal treinen.
  • Thans, nog geen maand na de bezetting, komt de S.S. met haar derde dienstregeling, in hoofdzaak gebaseerd op het oude spoorboekje, den reisgids van 6 November 1941. Een dienstregeling die er wezen mag, als men rekening houdt met de moeilijkheden waarmede men te kampen heeft, zooals de vernielde bruggen bij Wonokromo, Porrong en ten zuiden van Malang over de Kali Metro. Door de vernieling bij Wonokromo werd een groot aantal van de moderne sneltreinrijtuigen opgesloten op de Soerabaiastations, zoodat het publiek genoegen moest nemen met zeer oud materieel en in hoofdzaak van de vierde klasse. Thans is men erin geslaagd een gedeelte van de opgesloten rijtuigen over het stremmingspunt te brengen via een noodbrug, die echter nog niet geschikt is voor treinverkeer. Naar wij vernemen zullen de treinen over twee tot drie weken kunnen passeeren; de herstelling der brug bij Porrong zal echter langeren tijd vorderen. De reis naar Malang wordt nu reeds verkort tot ± uur.
  • Zoolang de avondklok gehandhaafd blijft kan voorts nog geen eendaagsche verbinding met Bandoeng tot stand worden gebracht. Men kan echter, reizende met comfortabele sneltreinen met restauratie-rijtuig. Bandoeng in twee dagen bereiken, waarbij te Djogja moet worden overnacht. Voor Batavia – te bereiken via Soekaboemi – komt er nog één dag bij.
  • Er komen per 1 April 4 sneltreinen van Soerabaia naar Malang in elke richting; van Soerabaia naar Madioen eveneens 4 treinen op en neer, waarvan één sneltrein; van Soerabaia naar Blitar drie verbindingen per dag, waarvan één sneltrein; van en naar Djember twee treinen per dag, waarvan één een snelverbinding, terwijl Banjoewangi vanuit Soerabaia in één dag te bereiken zal zijn (ook omgekeerd).

Het bericht zegt: avondklok of niet, kan het niet zus dan doen we het zo.
De bureacratie van de hoop.
Het willen regelen, opdat het leven in orde is.

Trein ontspoord

Dat was dus eind maart. Begin februari 1942 ontspoorde een trein door een Japanse luchtaanval. Ik vond er een foto van.

acondklok

Soerabaja, 3 februari 1942 (KITLV 179146/ Creative Commons)

 

Historisch besef

Deze foto en deze krant alleen al maken dat ik het leven van vandaag meer waarder. De supermarkt heeft 17 soorten hagelslag, de overheid probeert te helpen met steunpakketten, we kunnen de hele dag naar buiten, we hebben internet, uitzicht op vaccins en er is geen Nippon of andere vijand in het land.
Ik tel mijn zegeningen.

Heeft u de destijds de avondklok meegemaakt in Soerabaja of een andere stad? Misschien is het nu het goede moment om daar iets over te schrijven. Voor uzelf, voor anderen die het herkennen en vooral voor degenen met nul historisch besef.


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het onderstaande plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

Over de hulp aan voormalige landgenoten in Indonesië

voormalige landgenoten in Indonesië

Hoe is het met de familie overzee? Ik kreeg een brief van HALIN, de club die voormalige landgenoten steunt. Er stond een opvallend initiatief in.

Betaaldagen

Eerst iets over de voormalige landgenoten. Ze zijn er nog steeds, en u weet het: de ouderdom komt met gebreken. En dan is er ook daar in Indonesië de toestand met corona-maatregelen. Dat raakt vooral de betaaldagen.
Wat dat is?
Ik wist het eerst ook niet. Maar destijds heb ik in Bandoeng zelf een betaaldag bijgewoond, toen ik een boek oveer HALIN schreef. In een kleine zaal stonden aan de zijkant stoelen waarop veelal oudere Indische mensen zaten. Ik zag andere gezichten dan in Nederland. Ook ouder en Indisch ja, maar… een leven in armoede en onzekerheid tekent je. Kassian, voelde ik.
Vooraan in de zaal stond een tafel, waarachter de contactpersonen van HALIN zaten. Een voor een riepen zij een naam.
landgenotenDe persoon die geroepen was, stond op, liep naar de tafel en kreeg daar geld. Cash, in de hand. Geld om eten voor te kopen, medicijnen, onderdak te betalen.
Dat is een betaaldag.
En gezien het risico van besmetting, zijn de betaaldagen verminderd. Nu zijn er meer postwissels en nieuwe bankrekeningen, wat voor-en nadelen heeft.
Maar nu dat initiatief.

Indische boeken

In de brief las ik dat HALIN een digitale boekwinkel heeft opgezet. Ik meteen kijken. En ja hoor, bij Boekwinkeltjes vond ik de Indische boekentoko. Klik hier en kijk ook

Twaalf lange pagina’s met allemaal boeken uit en over Indië, digitaal te bestellen en te betalen. HALIN moet natuurlijk aan Boekwinkeltjes wat betalen voor de aanwezigheid (0,25 eurocent en 15% van de verkoopprijs, staat in de brief, en de rest is voor de landgenoten.
Supergoed initiatief.
Kan ook blijven bestaan als het virus weer min of meer weg is, of helemaal.

Ik zag al mooie boeken van Hein Buitenweg. Een titel van Lilian Ducelle. Mijn boek over mevrouw Kloppenburg is ook in de aanbieding, want duur is het allemaal niet. Dus als u denkt: ik wil meer lezen, dan is dit misschien een idee.


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

De jachtclub in Soerabaja en wat iedereen wist

jachtclub in Soerabaja

Indië’s vlootvoogd, vice-admiraal Ferwerda, heeft dezer dagen zijn functie overgedragen aan Schout bij Nacht Helfrich. De leden van de Kon. Bat. Jachtclub te Soerabaja, waarvan de Vlootvoogd eere-voorzitter is, hebben hem een onvergetelijk afscheid bereid. Met den voorzitter inspecteert de Vlootvoogd de eerewacht. (De Maasbode, 13 december 1939)

“Je weet toch wat een sleutelfeest is?” vroeg mijn oude tante. Ze wachtte niet eens op antwoord en zei: “In de jachtclub van Soerabaja waren de beste sleutelfeesten.” In de stilte die toen viel, begrepen zij en ik dat ik daar nul verstand ervan had.

Maar mijn tante wel.

Hoe het gaat

Een sleutelfeest gaat zo, als ik het tenminste goed heb onthouden.
Er is een feest op een besloten locatie. Dat betekent: alleen genodigden komen de deur door, en wie de genodigden zijn, dat is van te voren zorgvuldig op elkaar afgestemd door de gastheer/gastvrouw.
Héél zorgvuldig.
Met een reden.

Na de deur moet er ergens een tafel hebben gestaan met een vaas, een schaal of misschien alleen een groot bord. Daarop deponeerden de gasten hun sleutels.

Aanvang feestelijkheden. Dansen, praten, drinken, muziek en het besef onder elkaar te zijn. Dat op zich leek me al zo heerlijk, geen zorgen om mensen die opeens gaan filmen en dat je dan jezelf de dag erna terugziet op het internet. Andere tijden, andere zorgen.

In de loop van de avond vertrekken de gasten. Met een nieuwe sleutelbos. Die hoort bij de minnaar of minnares voor de nacht.
En iedereen is discreet, want wat door de Jachtclub bepaald is, blijft in de Jachtclub. En dat is de reden dat ik alleen dit vage en discrete verhaal van mijn tante hoorde. Ze zei ook nog: “Er kwamen ook veel officieren van de marine, die dachten dat ze iedere vrouw konden krijgen en dat was ook wel zo, maar ik vond ze arrogant.”

Summer of love

Ik dacht er weer aan toen ik in de krant een verhaal las over wat er na de vaccinaties gaat losbarsten. Fuiven en feesten, de ‘summer of love’ werd het genoemd.
Dat kan niet fatsoenlijk zijn.
Maar wat is het dan wel?
Ik lees in oude Tong Tong’s over jachtclubs in Soerbaja en Batavia maar geen toelichting op sleutelfuiven en de consequenties daarvan, ik denk hierbij aan baby’s.

Aan mijn tante kan ik niets meer vragen dus dit is een van de verhalen die me bezighouden, ook met het oog op de aankomende zomer. Dus als u iets weet, hou ik me aanbevolen.
Vooral: hoe werkte dat systeem van die sleutels nu precies?


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

Rudy Hartung: Een verhaal over een brief per post gestuurd

Rudy Hartung

Mijn oudere nicht Els is van 1932. Zij was in een verzorgingstehuis opgenomen. Tweemaal soms driemaal per jaar ontving ik een brief van haar in mijn PO BOX van het Postkantoor Purworejo. En ik schreef haar terug. Met een brief, ook verstuurd per post. “Beste volle neef,” zo begon mijn nicht Els meestal met haar brieven. Wij schreven elkaar op ouderwetse manier. Via de post. Want mijn lieve nicht Els gebruikte geen E-mail en ook geen whatsapp. Ik bewonderde het mooie handschrift van haar. Het schuinschrift, dat zij op een Lagere School in het voormalig Nederlands-Indië heeft geleerd. Ikzelf zag er tegenop om Els ook met handgeschreven brieven te beantwoorden. Ben al zo gewend, dat ik mijn brieven door mijn laptop laat schrijven.

 

Mijn nicht Els

rudy hartungHet is eind juli 2017 toen ik een mail van haar kinderen ontving. Het gaat niet goed met Els. Neef Ron schreef:
“We hebben slecht nieuws over mamma. Je weet dat zij borstkanker heeft, maar het gaat niet echt vooruit. En bij de scans die toen waren gemaakt, kwamen uitzaaiingen te voorschijn in de lever, longen en lymfe. Het is een grote klap voor haar. maar zij vermoedde al iets. Zij had allerlei problemen van erg moe, pijn in arm en rug, slecht eten enz.”

De allerlaatste wens van mijn volle nicht Els. Kort na die verdrietige en zorgelijke berichten, ontving ik een droevige mail. Dat hun lieve mamma was overleden. En dat hun lieve mamma in vrede was heengegaan. En dat de crematie in besloten familiekring zou plaatsvinden. Neef Ron schrijft ook over de allerlaatste wens van zijn mamma. Of de kinderen haar as, op een heel mooi plekje, ergens op Java, konden uit strooien. En Ron vraagt of ik daarbij misschien kon helpen. Om zo’n mooi plekje, ergens op Java te vinden. Haar geboortegrond. Een plekje, wat goed bij mamma zou passen. Neef Ron zou mij op de hoogte houden, als het zover zou zijn dat zij naar Java zouden komen. Het zou dan een reis “samen met mamma” worden. De allerlaatste reis van mijn volle nicht Els. Naar haar zo geliefde geboorteland Java.

Het is Mei 2018. De kinderen van Els komen naar Indonesië. Het zijn Ankie, Francis, Ron met Heidi en hun zoon Robert. Het is geen gewone vakantie. Het is een vakantie met een “heel bijzondere missie” eraan verbonden. Zij komen naar Java, naar Midden Java. Om een mooi en een gepast plekje vinden, om het as van hun mamma uit te strooien. Ik heb hen opgehaald, toen zij in Jogja waren aangekomen. En toen gingen wij naar Purworejo. Een rustige oude plaats, met de grootste aloon aloon van Java, zo wordt beweerd. Purworejo is vlak aan de Zuidkust van Midden Java gelegen. Allemaal eerst bij mij thuis om Par, Warni en Hanif te begroeten. Met koffie, thee en lemper. En koekjes met andere lekkernij. En toen heb ik hen naar de kali gebracht, vlak bij ons in de buurt. Allemaal waren zij onder de indruk van die mooie natuur, daar bij die kali. Het is een heel rustige plek. Met vlakbij een kleine desa. Zo’n kleine Javaanse desa, langs die kali. De bevolking haalt stenen uit de kali. Bestemd voor de bouw. Het is een mooie, rustige plek voor hun lieve mamma.

Gedicht

Nicht Francis had een gedicht geschreven. Het gedicht bestond uit zeven verzen. Met de allerlaatste wensen van hun lieve mamma. En toen is het gedicht, vers voor vers voorgelezen. Francis las het voor. En na elk vers werd door één van ons, een beetje as langs de oever van die kali uitgestrooid. En een beetje as uitgestrooid tussen de bomen. En een beetje as in de kali. Zó werden deze zeven versen van het gedicht voorgelezen. Het waren ontroerende momenten. Voor de kinderen van Els. Voor ons allemaal. Voor Ankie, Francis, Ron en Heidi en zoon Robert was het een definitief afscheid van hun lieve mamma. Maar met een bijzonder goed gevoel, dat zij hun mamma naar haar “geliefd landje” hebben teruggebracht. Hieronder het gedicht van Francis:

WENS
Laat mij nog éénmaal mogen wederkeren
Naar het land van zon en weelderig groen
Dat land zo vol herinneringen
Uit al die mooie jaren van toen
Laat mij nog éénmaal mogen dwalen
Langs sawah’s spiegelend onder een blauwe lucht
Omzoomd door het groen van pisangbomen
Waar bamboehutjes staan van een eenzaam gehucht
Laat mij nog éémaal mogen aanschouwen
De blauwe bergen in de vurig rode gloed
Van de morgenzon, die langs de wijde hemel
Haar lange dagtaak nog beginnen moet
Laat mij nog éénmaal mogen toeven
Tussen ruisende tjemara’s, glanzend in morgenlicht
Bij het stille ravijn, waar de ochtendnevel
Gelijk een lange witte sluier ligt
Laat mij nog éénmaal mogen luisteren
Naar het zingen van de wind door een bamboebos
Naar het lome getinkel van zware bellen
Als een tjikar voorbij komt, getrokken door een os
Laat mij nog éénmaal mogen staan
Bij het vlammend rood van een bloeiende flamboyant
En de bloemenpracht van de bougainville
In zachtroze en diep paarse kleuren, zo briljant
Laat mij nog éénmaal mogen gaan
En dit wens ik keer op keer
Naar het land waar eens mijn wieg stond
Wondermooi Java; ik zie het hopelijk weer

Kinderen en kleinzoon van Els.

Brief

Enkele maanden later schrijf ik naar Ankie, Francis, Ron en Heidi en Robert:
Lieverds, al die wensen van Els  komen uit,  zoals in het gedicht van Fransje is geschreven! Ik begrijp heel goed, dat jullie gedachten nog vaak bij jullie mamma zullen zijn. En dat is niet erg. Ja toch? Volgende week ga ik weer naar Jogja en Jakarta. En dan gaat Els weer met mij mee. Misschien zullen jullie verbaasd afvragen wat bedoelt Rudy nou? Dat Els ook meegaat? Wel ik heb een beetje as van Els  bewaard. Het zit in mijn schouder draagtas, die ik bij me heb, als ik ergens naar toe moet. Daarom dat al die wensen van Els  uitkomen. Zoals Fransje in het gedicht heeft geschreven. En zo reist Els met mij mee.  En zo kan zij genieten van haar zo geliefde geboorteland. Sinds die dag dat jullie hier waren,  is Els met mij al naar verschillende plekjes en plaatsen op Java is geweest. Plaatsen zoals Salatiga, Magelang, Jogja, Cilacap, Jakarta, Surabaya. Ja zelfs naar Porong een kleine plaats dat net als Surabya in Oost Java ligt. En al die andere kleinere of plaatsen waar je langs komt, als ik ergens naar toe moest.  Vaak ook de weg Purworjo- Magelang, als wij zondags naar de mall gaan. Els is er dan altijd bij.  Ik reis vaak met een bus. Grote snelle bussen, maar ook heel vaak met wat kleinere bussen. Het zijn vooral die kleine bussen die veel gelegenheid geven om wat rustiger van alles te genieten. Want de kleine bus stopt vaak. om mensen te laten uitstappen. Of mensen weer mee te nemen. En dat is een leuke gelegenheid voor Els om met al die vriendelijke Javanen, die in zo’n kleinere bus zitten om zo met elkaar “kennis te maken.” Of dat zij kan meeluisteren, naar wat zij allemaal te vertellen hebben. En er wordt heel wat afgekletst. Ook zo’n ritje met een kleine bus, als ik naar Salatiga ga, is altijd heel gezellig. Het is zo’n 2x per jaar, voor mijn bezoek aan mijn tandarts die in Salatiga woont.

Langs de weg Magelang Salatiga

Het is de weg van Magelang naar Salatiga. En een paar dagen later ga ik weer terug naar Magelang. Het is de weg die over de berghellingen gaat van de berg Merbabu. En dan kom je langs vele kleine plaatsen. We komen langs drukke pasars, we gaan over bruggen, en de weg is vol met bochten. En je ziet prachtige landschappen. In dit stukje bergland van Midden Java. Met een vergezicht naar enkele andere bergen. Zoals de Sumbing en de Sindoro. Met heel in de verte de Ungaran bij Semarang in de buurt. Het moet dan wel helder weer zijn. Veel vrouwen stappen in en uit die bus. Met hun manden vol met allerlei groenten, en andere etenswaren. Alles voor verkoop op een pasar. Of gaan weer met lege manden. Terug naar hun desa. Op deze berghellingen van de Merbabu, kom je langs velden waar groenten wordt verbouwd. Zoals veel kool en worteltjes  Zo kan Els heel veel haar “landje” terugzien !!  Ik denk dat zij intussen plekken en gebieden heeft gezien waar zij vroeger nog nooit was geweest! Els geniet ervan! En ik zo blijf ik nog even doorgaan samen met Els. Als ik ergens naar toe ga. Kortgeleden zijn wij naar het bergplaatsje Bandungan geweest. Bij Ambarawa. Gelegen op de heuvels en hellingen van de berg Ungaran. Het is een berggebied met veel koffietuinen en rubber bomen. Els heeft genoten! En zij blijft genieten, van die prachtige natuur van haar geboorte land Java. Ik stuur een paar foto’s mee, van wat Els allemaal heeft gezien. Veel Liefs Rudy

rudy hartung

Langs de weg Magelang Salatiga

 

Rudy Hartung

Langs de weg Magelang Salatiga

 

Een wonder

rudy hartungEen wonder. Het is zo’n half jaar later, nadat het as van mijn nicht Els was uitgestrooid, dat ik een bericht kreeg van het postkantoor. Of ik wou langskomen. Er was een brief voor mij gevonden, die in een verkeerde postbus heeft gelegen, Het bleek een brief van mijn nicht Els te zijn! Gedateerd op 5 September 2016. Een brief die Els bijna een jaar geleden, voor haar overlijden had geschreven. Op het postkantoor vertelt men dat die brief, per ongeluk, in een verkeerde postbus was terecht gekomen. In de postbus precies boven mijn postbus. Zoiets was mij nooit eerder overkomen. Men heeft welgemeende excuses aangeboden. En men erkent dat de vergissing door iemand van hun medewerkers is gemaakt. Maar natuurlijk was ik allang blij dat zij mij op de hoogte hadden gebracht. Over deze brief van Els, dat die in een verkeerde postbus was terecht gekomen. Heb uitgelegd dat deze brief een “ bijzondere waarde” voor mij had. Want Ibu Els, was inmiddels overleden. Met ernstige gezichten hebben zij geluisterd. En zij hebben mij gecondoleerd. Zij hadden goed begrepen hoe mijn gevoelens waren over die brief. Thuis gekomen was ik even stil. Die brief had al die tijd, in een lege postbus gelegen. Precies boven mijn postbus. Terwijl ik al die tijd, met regelmaat, langs kwam om mijn postbus te openen. Ook toen Els inmiddels was overleden. En ook nog een keer, nadat haar as was uitgestrooid. Het was zo’n zes maanden geleden. Alsof Els daar al die tijd rustig heeft gewacht. Wat een wonder! Dat die brief toch was ontdekt! Ik gaf dit alles door aan de kinderen van Els. Nicht Fransje vond het heel frappant. En nicht Ankie de oudste, ging ervan uit dat het de geest van Els is geweest. Die “gestuurd heeft” zodat die brief te voorschijn moest komen. Zelfs na zo’n twee jaar in een verkeerde postbus te hebben gezeten. Het moest zó gebeuren. Daarom is het géén toeval. Het was zó gestuurd! Door Els. Dat schrijft Ankie mij. Nicht Ankie schreef mij ook : “ Els heeft van boven erop toegezien dat die brief zou terecht komen.   Echt een wonder.” Ankie vertelde ook dat Els, toen al, in 2016 zich had afgevraagd, waarom zij nog geen antwoord van mij had ontvangen. En daar was ik stil van. Toen ik dat van Ankie hoorde.

De allerlaatste brief van mijn volle nicht Els : Vleuten 5 sept. 2016 “Hoi Ruud, Is alles naar wens? Je hebt je zusje en zwager op bezoek, fijn voor je, een hele afleiding. Hoop voor de nichten dat ze alles beleven/zien…” En Els eindigt haar brief met: “Soms kan ik zo “sakit hati” zijn, graag zou ik dan daar in mijn landje willen zijn. Maar niet zeuren, nuchter blijven, je zit hier goed. Reizen is van de baan.Gelukkig kan ik nog e.e.a voor de geest halen hoe ‘t was, rook, voelde, nou Ruud, ik dreig sentimenteel te worden, mijn hand raakt vermoeid door de artrose, en stop ik maar voor ‘t onleesbaar worden gaat. Hou je goed, de groeten aan de huisgenoten, Els. “

Het Adres

Mijn allerlaatste brief aan mijn lieve volle nicht Els
Indonesia, Jawa Tengah, Purworejo, 15 Desember 2010
“Lieve volle nicht Els, Ik schrijf jou nu naar “Het Adres”, waar jij nu bent. Het is “ Ergens in Het Grote Heelal”. “Ergens in de Hemel”, of “ Ergens in het Hiernamaals”. Deze brief stuur ik ook niet per post. Dat hoeft ook niet. Want het komt vanzelf wel bij jou terecht. Daarom geloof ik, lieve Els, dat jij deze brief vast zult lezen. Jij bent nu met Miel verenigd. Met jouw mam en pap. Met jouw broer en jouw zus. En met nog zo veel andere familie van ons. Doe ze maar de hartelijke groeten. Ik denk heel vaak aan jullie allemaal.

Lieve Els, jouw laatste brief van 5 september 2016, was per ongeluk in een verkeerde postbus gestopt. Ik kon je daarom ook niet eerder terugschrijven. Ik hoorde het pas veel later van het postkantoor. Maar toen had jij inmiddels “ Het Leven op Onze Aarde” al verlaten. Het was een jaartje later, dat ik samen met jouw kinderen jouw as bij die kali hebben uitgestrooid, die een paar km voor mijn huis stroomt. En dat toen Fransje het mooie gedicht voorlas, over jouw laatste zeven wensen. Jij zult het vast, van boven hebben gezien! Of vanuit het postkantoor van Purworejo? Een grapje hoor lieve Els! Maar ik zie zoiets helemaal voor me. Want die brief van jou, zat toen nog steeds in die Postbus , precies boven mijn Postbus. Maar dat wist ik nog niet!!! Lieve Els, ik ben zo blij, dat die allerlaatste brief van jou, toch nog goed is terecht gekomen. Weliswaar met behoorlijke vertraging! jouw brief is per ongeluk in een andere Postbus terechtgekomen! Precies boven mijn Postbus. Echt waar!! Of wist jij het misschien ook al? Dat jij in een verkeerde Postbus terecht was gekomen? Zo denkt Ankie. En zij kan best gelijk hebben. Lieve Els nou weet jij het van mij zelf, dat ik die brief inmiddels heb ontvangen. En ik dank je alsnog er heel hartelijk voor. Daarom dat ik jou nu terugschrijf. Het is bedoeld ter geruststelling voor jou. Want jij was wat ongerust, toen jij aan Ankie vroeg, of ik jouw brief wel zou hebben ontvangen. Ik hoorde het onlangs van Ankie. Grappig is het dat ik ook van Ankie hoorde dat jij, en misschien dat Ankie het heeft aangevoeld, daar jij vanuit die andere postbus, steeds erop hebt toegezien dat jouw brief toch bij mij zou terecht komen. En nu schrijf ik jou dat het ook klopt, alhoewel het zo’n zo’n twee jaar heeft geduurd. En nogmaals, ik had dit al die tijd niet geweten!! Trouwens, het was toch geweldig goed hé Els, dat die mensen van het postkantoor mij erover hebben bericht! Mijn compliment voor Kantor Pos Purworejo. Ik heb die laatste brief van jou aan Ankie gegeven. Dat zul jij vast wel goed vinden! Het is voor haar een heel dierbare herinnering. Natuurlijk hebben Fransje, Ron en Heidi, Robert en andere kinderen die brief ook gelezen. Maar goed, lieve volle nicht, nu weet jij het dus, dat het helemaal in orde is gekomen. Met die laatste brief van jou. Die zo’n twee jaar in een vreemde postbus heeft gezeten. Daarom dat ik jou nu schrijf. Lieve Els, doe jij de groetjes aan iedereen daarboven? Heel veel groetjes en heel veel liefs, vanuit Midden Java. Van jouw volle neef Rudy. PS. Hieronder een bougainville langs die weg Magelang Salatiga:

Rudy Hartung


Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken.  Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

Meedoen: gratis workshop Levensverhaal schrijven

workshop

Raar hè, deze Kerst? Wat was het dan vorig jaar anders en we dachten toen nog dat het altijd zo zou blijven. En nu is de vorige Kerst opeens een bijzondere herinnering.

Zo gaat dat.
Iets lijkt heel gewoon en als het voorbij is voelen we: zo gewoon was het eigenlijk niet. En dan willen we het voor altijd onthouden. Maar ja, herinneringen vervagen, langzaam maar zeker.
Wat weet u nog van vroeger? Als u uw ogen sluit, kunt u dan nog in gedachten door het ouderlijk huis lopen? Heeft het ook d at u opeens denkt: wanneer was dat ook al weer? Of hoe klonk die stem ook al weer? Ook van mensen van wie u veel hield en die u mist, misschien verdwijnen de herinneringen dan om u te behoeden voor het gemis.

Bewaren

Tegen het vervagen van herinneringen helpt maar één ding: ze opschrijven. Dan blijven de herinneringen bewaard.

Tegen de tijd dat het nieuwe jaar aanbreekt, hebben de meeste van ons toch een gevoel voor goede voornemens. Het gevoel zegt: nou moet ik toch eindelijk eens het levensverhaal opschrijven, dat van mezelf of van mijn ouders.

Eigenlijk geloof ik niet zo in goede voornemens. Ze zijn gebaseerd op gevoel. En emoties komen en gaan en voor u het weet is de lockdown voorbij en gaan we weer overal heen, voorzover dat dan is toegestaan.
Ik maak zelf nooit goede voornemens.
Ik maak een plan.

Een plan is beter

Dat gun ik u ook. Een plan levert resultaat op. Dat u kunt zeggen: Nu heb ik dat levensverhaal wèl op papier gezet. En zeg nou zelf, dat wordt weleens tijd.

Begin januari geef ik online een gratis workshop Levensverhaal schrijven. Het is voor iedereen die aan de slag wil maar niet goed weet hoe. Dat leg ik dan uit. Ik deel met u wat mijn methode is waarmee ik altijd mijn boeken schrijf, en u weet, dat zijn ook levensverhalen, want het zijn biografieën. Elke keer gebruik ik mijn vijf-stappen-plan en wat dat is, verklap ik in de workshop.

Erna kunt u aan de slag met het levensverhaal. Ik ben praktisch, ik hou van structuur, en ik leg uit hoe u begint en wat u erna doet.

Extra leuk: de workshop is gratis. En als u zich opgeeft, krijgt u een digitaal cadeautje te weten de checklist Klaar of niet? Bent u er klaar voor om uw levensverhaal op te schrijven?

U kunt zich via het formuliertje hieronder opgeven. Ik kijk naar u uit!

Ga naar de bovenkant