Twee jaar geleden schreef Francesca van Heije-Neys een brief aan de minister van defensie. Ze vertelde over het verleden van haar man. Ik mag de brief hier publiceren.

Het is moeilijk om te lezen, dat weet ik. Het is nog belangrijker om ook deze verhalen te vertellen en door te geven. Over wat er gebeurde, over de doorwerking ervan in een leven en dat van anderen.


Nazomer

Hij zit rustig zijn rolstoel, kijken naar de tuin. De bladeren beginnen al bijna alles geel en rood te worden, sommige zijn al gevallen. Het is een lekkere nazomerse middag met de zon die rustig schijnt maar niet zo krachtig is.
Hij zucht diep, schudt met zijn hoofd en probeert alles te doen om wat in zijn hoofd nog speelt weg te wissen. Maar het is niet gelukt. Alle beelden worden hoe langer hoe duidelijker en dan komt zijn angst van tientallen jaar terug.

Radio Telegraaf School

Hij was toen een jongen van zeventien jaar, kreeg een studiebeurs en zit op de laatste klas van Radio Telegraaf School in Goenoeng Sari weg te Batavia. Zoals gewoonlijk was het een dagelijke schooldag totdat meneer Doréé, de directeur van zijn school, binnenkwam.

Hij keek een beetje ernstig, haalde een stukje papier uit zijn broekzak en begint te lezen wat er in stond. Blijkt dat het een paar namen waren van leerlingen die mee moeten lopen naar zijn kantoor. Onder al die namen riep hij ook “Jimmie”, zijn roepnaam. Zijn hart begon van angst en hart te kloppen terwijl hij nog niet wist wat er gaande was.
In het kantoor van meneer Doréé, stonden alle jongens met gebogen hoofd. Heerst een stilte waar men alle ademhalingen-ritmes van iedereen in de ruimte kan horen. Na een uur kwamen ze weer buiten met lege hoofden maar wel met volop grote vraagtekens.

Noodsituatie

Het was 1942, volgens meneer Doréé zaten we (de Nederlandse regering) in een noodsituatie omdat het Japanse leger dichterbij kwam, Batavia en Soerabaja waren al gevallen. De rest van de eilanden in het oosten waren al lang gevallen. Volgens opdracht hoeft hij morgen niet naar school maar naar het gebouw van de Stichting J.P. Coen aan Pasar Roempootweg te Batavia klokslag 08.00 uur.

Matjan

Om acht uur was hij aanwezig bij de Stichting, werd eerst gefouilleerd door de wacht en toen toegewezen naar een lokaal waar blijkt dat alle radio-ontvangers reeds klaarstaan. Na een uur of twee, kwam een officier van het leger met zijn adjudant en riep hard voor stilte. Hij gaf uitleg over de nijpende situatie en vroeg iedereen om recht te gaan staan wegens eedaflegging. Wie domme dingen doet tegen dit rood wit blauw, kreeg een vuurpeloton toegewezen. Na de eedaflegging kreeg iedereen toegewezen waar hij of zij gestationeerd moest worden. Gestationeerd op de Javazee met opdracht wanneer de vijand te dichtbij was, dan moeten ze alles vernietigen en wegwezen. Sommigen kregen hulp van de marine en sommigen moeten het zelf maar verzinnen om daar weg te kunnen gaan. En Jimmie had geluk omdat hij in de kazerne bleef en 12 uren ploegendienst kreeg.

Hij gebruikt het woord matjan als zijn wachtwoord. Matjan betekent tijger in het Nederlands. Toen in die tijd vond hij het heel stoer om zulke dingen te doen. Hij is al gek van transistoren, radio en alle techniek plus theorie op dit gebied. Jimmie, van Eijck, Lepinad, Harahap, en nog veel meer bedienen de ontvangers en alle berichten wat ze krijgen vanuit de Javazee of andere linies, dit moet direct gerapporteerd worden aan de hogere rangen en die zijn o.a. Anakotta, een landmachtofficier.

Uitvinding

Na alle pogingen kregen de jongens bij de Stichting J.P. Coen een belangrijke uitvinding. Blijkt dat één van de ontvangers een golf kan monitoren van een Japanse basis in Batavia. Ze hadden met moeite onderzocht dat de golf kwam van de Pasar Baroe weg. Exact gezegd was een grote speelgoedwinkel, Toko Tjioda. Alle voorbereidingen werden in acht genomen om deze winkel binnen te vallen. Die dag was een gewone opgewonden dag alleen het was te lang rustig geweest. De situatie was heel nijpend maar volgens zeggen kwamen de Engelsen om hun te helpen de Japanners te verslaan.

Japanse soldaat

Opeens was zijn koptelefoon afgerukt met grof geweld voordat hij beseft wat er gaande was, stond stond voor hem een Japanse soldaat, gillend met een taal die hij niet begreep. Daarna kwamen alleen maar klappen en schoppen in het gezicht of andere delen van zijn lichaam.

Het was zo snel gegaan dat hij reeds gedwongen was op een truck te springen en weggereden naar een militaire Kamp even buiten Batavia. Het was Kamp Kepala Nunggal.
Hij denkt aan thuis. Hij denkt aan zijn moeder. Hoe is het met haar toen ze besefte dat haar enige kind niet meer thuis kwam. Tranen kwamen uit zijn ogen. Hij voelde zich schuldig dat hij dit veroorzaakt had voor zijn moeder.

De Jap

Na een paar dagen gezeten te hebben, begint de echte wereld tevoorschijn te komen. Midden in de nacht werd hij uit zijn cel geplukt door de Jap. Het was geen pretje. Van die ene trap naar de andere klap. Zijn lichaam was gebruikt als asbak. Van sigaretten tot sigaar, alles belandt op alle delen van zijn lichaam en als je huilt werden de martelingen nog erger. Hj moet bekennen: waar waren de rest van de radio-ontvangers, wie waren zijn meerderen, waar de Nederlandse compagnie zich bevond enzovoort enzovoort. Op een nacht werd hij weer gebracht naar een verhoorkamer waar een van zijn medegevangenen reeds aanwezig was. Voor zijn kameraad zat een zwangere vrouw, huilend en smeken naar genade. De Jap zei tegen hem: “Kijk als je niet wil praten dan kan deze tragedie ook bij jou gebeuren” en daarna trapte de Jap de buik van deze zwangere vrouw… Na die tijd hoort hij alleen maar gegil van zijn kameraad, de zwangere vrouw was flauw gevallen en rondom haar zit vol met bloed en daarna weer een trap. De ongeboren baby kwam half eruit, vol bloed, de vrouw blijft slap hangen op de stoel en het gegil en de woede van zijn kameraad was niet te beschrijven met woorden. Daarna wordt een kogel het hoofd van zijn kameraad binnen, en de rumoerige nacht is een stille nacht geworden. Hij viel ook flauw, met vol spetterend bloed op zijn kleding.

Potloden

De volgende marteling was dat een andere kameraad in zijn oren met puntige potloden werden weggedrukt en de persoon in kwestie was op slag dood. Over deze marteling wil hij niet of kan hij niet praten. Als hij er aan denkt, beginnen zijn ogen wild te worden, zijn hele lichaam begint te trillen en is kletsnat van koud zweet. Waar hij bang voor was is dat de Jap weet dat hij een moeder buiten nog heeft rondlopen en dan is het mogelijk dat hij zijn moeder ziet in de verhoorkamer, of nog ergere dingen dan alleen maar dat.
Bij de volgende en nog volgende martelingen, probeert hij met zijn gedachten af te dwalen naar huis, bij zijn moeder. In zijn gedachten speelt een film waar hij zit te hurken naast zijn moeder om haar te helpen al het bestelde eten klaar te maken. Ze zijn arm, hebben alleen maar mekaar, een vader had hij nooit gekend. Hij is enig kind. Zijn moeder zoekt geld met eten te verkopen of borduurwerk aan te nemen van een confectiebedrijf. En dan gaat zijn film naar andere leuke momenten. Dat hij en zijn kameraden alleen maar met korte broeken elke keer vanuit een kleine brug bij het Tjiliwungkanaan springen, en dan gauw weer zwemmen naar de oever om weer een sprong te doen die misschien hooger werd dan de rest.
Maar afwijken van de realiteit vaker ook niet. Ook toen hij opeens een trap kreeg aan de rechterkant van zijn gezicht. Hij werd duizelig en viel flauw. Hij was al in zijn barak toen hij bij bewustzijn kwam en kon alleen maar een gesis horen via zijn rechteroor. Sindsdien is zijn rechteroor doof.

Jimmie was heel mager geworden, er waren geen tranen meer, er was alleen maar angst, angst en nogmaals angst. Hij verlangde naar de dood! Als hij had geweten over alle consequenties van deze opdracht van het leger had hij dat geweigerd. Die jongen Jimmie met volop stoere eigenschappen was nu een jongen die niet meer in de ogen van een ander durfde te kijken. Een geslagen jongeman.

Alles is zo diep

Het lijkt wel jaren toen ze eindelijk bevrijd werden door de Engelsen. Van kamp Kepala Nunggal wer werd hij getransporteerd naar Batavia. Na de motor Transport dienst bij de Djokja kazerne in Djokjaweg te Batavia. Hier kreeg hij opdracht om alle voertuigen die niet meer rijden, rijdende te maken.
In de avonduren wanneer hij vrij is, vraagt hij verlof om zijn moeder op te sporen. Na een paar dagen moeite, ontmoet hij zijn moeder bij een familielid in Petjenongan te Batavia. Hij heeft geen woorden meer. Hij kan niet meer erover praten, alles is zo diep, alles is zo pijn. De hele avond zit hij te huilen en zijn moeder vast te pakken zodat hij haar niet meer verliezen kan.
Na een paar maanden, lukt het hem wel om zijn opleiding als radiomonteur te voltooien, in de avonduren.

van puzzels een verhaal

Over deze periode wil hij niet meer denken of erover praten. Met niemand! Totdat de kinderen allemaal uit het huis zijn, hij ouder wordt en veel meer tijd om zijn eigen gang te doen. Begin met veel nachtmerries. Zijn echtgenote krijgt pakslagen, trappen tijdens haar slaap. Gegil, oud hoofdpijnen volgend van de ene dag naar de andere dag.

Als echtgenote, vraag ik beetjes bij beetjes over het verleden. Het is niet makkelijk. Na meer dan 28 jaar heb ik geprobeerd van de puzzels een verhaal te maken. Alles uitgelegd bij de commissie Backpay en na een lang onderzoek is mijn echtgenoot erkend als militaire. Toen ik de erkenning van de commissie Backpay aan hem niet lezen, begon hij te huilen. Hij pakte mijn hand vast en zei kort: “Poppetje, ik heb de koningin en mijn kameraden verdedigd.”

Tot slot

Jimmie is geen persoon die volop trots en glorie alle zware tijden in de duistere Japanse bezetting te kunnen of willen vertellen aan derden.
Voor Jimmie, wat er gebeurd is, is gebeurd en daar praat hij liever niet over.
Hij meldt zich nooit aan bij de veteranenclub. Hoeft niet zei hij, ik heb het toch overleefd.
Voor Jimmie, zijn vaderland verdedigen en zijn kameraden niet verraden is vanzelf sprekend.
Zoals u nu weet is van een jongen van 17 jaar zijn leuke jonge jaren verscheurd door een hopeloze oorlog. Waarvoor?

Geachte mevrouw,
Ik schrijf dit verslag om alleen maar te laten weten hoeveel jonge mannen die proberen zich schuil te houden na alle ellende die ze hebben meegemaakt. Voor deze groep geldt een motto: stilte is vrede.